Clinics lawinekunde en vijfdaagse praktijkstage voor het zelfstandig leren uitvoeren van winterbergtochten
Na jaren van zomertrekkings begon het eind 2006 te kriebelen om ook in de winter in de bergen op stap te gaan. We merkten al snel dat daar heel wat meer komt bij kijken. Opeens moet je bij het uitkiezen van de route rekening gaan houden met het lawinegevaar, heb je zoiets nodig als een lawinebieps, sonde en schop, … Zoiets leer je niet zomaar ‘al doende’ of anders loopt het misschien wel verkeerd af.
In de brochure van 2008 van de Klim- en Bergsportfederatie, de grootste Vlaamse bergsportvereniging, vonden we tussen alle toerskitochten één praktijkstage terug die ook voor ‘gewone’ sneeuwraketwandelaars open stond. Facultatief konden enkele clinics gevolgd worden om al wat kennis over lawinekunde en praktijkervaring met het opzoeken van slachtoffers op te doen.
De voorbereiding
Clinic theorie sneeuw en lawine (3 uur)
Een mix van toerskiërs, off-piste skiërs, en enkele sneeuwschoenwandelaars zit gezellig naast elkaar in het Huis van de Sport in Berchem. Peter Sterkcx, deskundige van dienst, moet ons op korte tijd wat proberen bij te brengen over de winterse gevaren. Heel wat factoren spelen een rol als het op lawinegevaar aankomt: hellingsgraad, sneeuwlagen, weersomstandigheden, belasting door wintersporters, enz. Enkel jodelen kan blijkbaar geen kwaad.
Voorkomen is beter dan genezen. Zo bestaan er verschillende manieren om het risico op lawines in te schatten. Een deel van de oefening gebeurt thuis al, als je de route in elkaar steekt, maar ook ter plekke moeten de juiste beslissingen genomen worden.
Als het zover zou komen, dan heb je best het juiste materiaal bij om hulp te kunnen bieden of … zelf geholpen te worden. Een lawinebieps (alias Arva), een sonde en schop horen tot de basisuitrusting. Met de lawinebieps kan je signalen uitzenden en ontvangen. Op die manier kan je dus op zoek gaan naar een slachtoffer. De sonde gebruik je om, eenmaal het slachtoffer gelokaliseerd is, precies te bepalen waar en hoe diep je moet graven.
Clinic praktijk lawinerescue (3 uur)
Na de theorie komt de praktijk. Onze speeltuin wordt de indoor-skipiste van Komen. De andere bezoekers kijken ons met grote ogen aan als we met zijn allen staan te biepen. Acht Arva’s op zoekstand, om horendol van te worden.
Vooraleer er helemaal in te vliegen, krijgen we nog een theoretische inleiding in de methodes die er bestaan om het lawinerisico in te schatten.
De overlevingskansen van een slachtoffer nemen na een kwartier onder de sneeuw een forse duik. Snel én efficiënt handelen is dus de boodschap. Gemakkelijker gezegd dan gedaan.
Het summum van de avond is een ‘gecoördineerde’ reddingsoefening, of toch iets dat er op moet lijken. We staan met z’n allen bovenaan de piste en moeten onmiddellijk de zoekactie opstarten. Iedereen kijkt wat verweesd naar elkaar, dus besluit ik het voortouw te nemen. De eerste rij zoekt met de bieps, de tweede rij volgt met de sonde en de schop. Dat was het plan maar al snel loopt iedereen in het wilde weg rond. Uiteindelijk worden alle Arva’s teruggevonden maar niet allemaal binnen de tijd. Ik voel me heel klein.
Ivo en ikzelf stellen ons kandidaat om ons te laten ingraven. Het enthousiasme ebt snel weg eenmaal ik onder de sneeuw lig. Zelfs met 20cm voelt het al beklemmend aan. Geen ledemaat kan ik nog bewegen, het ademen lukt ook moeilijk. En dan beginnen de anderen te sonderen, soms al eens in een gevoelig plekje. Na de bevrijding, zijn we helemaal gesensibiliseerd.
5-daagse praktijkstage
In Chamonix, aan de voet van de Mont Blanc, is de sneeuw ver te bespeuren. Helemaal thuis voelen we ons in dit mondaine skioord niet, als ‘gewone’ bergwandelaar. Gelukkig valt gîte d’étape La Tapia, onze overnachtingsplaats aan de rand van het dorp, wel heel goed mee. Er hangt een huiselijke sfeer en alles is piekfijn in orde.
Dag 1: Kennismaking en oefenen lawinerescue
Met onze gids Luc Aubertin klikt het meteen, een joviale kerel die goed weet hoe met een groep zotte Vlamingen om te gaan. Hij haalt even zijn rugzak leeg en toont wat hij allemaal bij heeft. Snel pakken ook wij onze dagrugzakken in, en gaan meteen op stap.

Bij onze eerste tussenstop trachten we aan de hand van het kompas onze positie te bepalen. Trots neem ik mijn gloednieuw spiegelpeilkompas boven. We schieten naar 3 bergtoppen in de buurt en zetten 3 lijnen uit op de kaart. Onze gids wrijft even in het haar als hij ziet dat zijn driehoek ietwat misvormd is. Dan ziet hij dat de declinatie niet juist staat ingesteld. Beschaamd berg ik mijn kompas weer op.
Na een zonnige middagpauze, dalen we af naar le Lavancher. Hier is eindelijk wat sneeuw te vinden en kunnen we volop oefenen we met de lawinebieps, sonde en schop.

Met een arsenaal aan verschillende bieps, zien we duidelijk dat ze in de loop van de jaren heel wat zijn geëvolueerd. Waar je vroeger enkel op het geluid kon afgaan, geven de nieuwere modellen nu duidelijk een richting aan en een (relatieve) afstand tot het slachtoffer. Met onze Barryvox Pulse van Mammut kan je zelfs zien hoeveel slachtoffers er precies zijn en eenmaal een slachtoffer gevonden het signaal uitschakelen om naar het volgende op zoek te gaan.

Dag 2: Sneeuwraketwandeling en ijsklimmen op de Mer de Glace
Het nuttige aan het aangename koppelen; waar kan je beter de sneeuwschoenen testen als op de befaamde Mer de Glace. Via de train touristique du Montenvers sporen we naar één van de vele gletsjers die zich tussen de hoge rotspieken van het Mont Blanc-massief naar beneden wurmt. Ook hier trekt de ijsstroom zich door de opwarming van de aarde elk jaar verschillende meters terug.

Ingebonden wandelen we naar boven tegen de stroom van skiërs in die via de gletsjer afdalen van de bijna 4000m hoge Aiguille du Midi. We kijken onze ogen uit naar de grootste omgeving. Mistflarden hangen rond de hoogste toppen.
Bij een breuk in de ijskap (serac), maken we kennis met het ijsklimmen. Luc legt een top rope aan zodat we van beneden uit goed kunnen beveiligen. Met een paar stijgijzers en 2 ijspikkels een wand omhoog klimmen; het lijkt simpeler dan het is. Hielen voldoende naar beneden en de pikkel hard de wand in slaan, daar moeten we vooral op letten.

Dag 3: Theorieles lawinekunde en praktijkoefening kaart en kompas
Er lijkt een einde te komen aan het zonnige weer dus beginnen we de dag met een theorieles lawinekunde. De methodes die bestaan om het lawinegevaar goed in te schatten, zitten theoretisch wel goed in elkaar maar op het terrein heb je geen tijd om lange berekeningen te maken. Ze geven wel aan waar je zoal moet opletten en wat het belang van sommige factoren is.
Tegen de middag nemen we de trein naar Le Buet, een dorp hogerop in de vallei. We gespen de sneeuwraketten aan en klimmen naar enkele chalets bij sur le Rocher. De gids laat ons op kompas verderlopen in een bijna loodrechte hoek naar Les Granges. We sturen iemand door de dichte begroeiing voorop als richtpunt en halen die dan telkens weer in. Het riviertje dat als tussenpunt dient, is door de sneeuw bijna onherkenbaar. Pas als we de gids in de buurt opmerken, valt onze frank.

Vanaf hier dient iedereen zelfstandig zijn weg naar Les Granges te vinden. Door het terrein is het moeilijk om op de juiste koers te blijven volgen. Net als Philippe, wijk ik te veel af naar het zuiden en besluit dan maar om via de kaart verder te lopen naar Les Granges.
Dag 4: Tocht naar einde Val Ferret en graven sneeuwhol
Via de Mont Blanc-tunnel reizen we naar Italië voor een tweedaagse tocht in het Val Ferret, aan de zuidzijde van het massief. De gids heeft gehoord dat hier meer sneeuw zou liggen dan in Frankrijk en dus beter terrein voor het maken van een sneeuwhol voor 7 personen. Bij Planpincieux laten we de auto achter en ploeteren door de sneeuw naar La Vachey. Het is zonnig weer en dus is insmeren geen overbodige luxe.

Om wat beter vooruit te komen, hangen we de sneeuwschoenen terug aan de rugzak en volgen verder de geprepareerde langlaufpiste. Aan het einde van de piste hebben we het rijk voor ons alleen.
De gids kiest een zacht aflopende helling uit en sondeert om te zien hoe diep de sneeuw is. Meer dan 3 meter dik, ideaal. We starten met de ingang waarlangs we dan 2 kamers uitgraven. Frederik speelt de rol van architect en aannemer. We willen niet onderdoen voor zijn gedrevenheid en graven lustig mee. Na 3,5 uur hard labeur, wordt het sneeuwhol goedgekeurd. Geheel afgepeigerd kruip ik al vroeg op de avond mijn slaapzak in terwijl de mannen elkaar verder uitdagen…

Dag 5: Poging tot beklimming Col de Grand Ferret en terug naar het begin Val Ferret
Na de zotte kuren van Frederik, die zijn ochtend start met een zwempartij in de sneeuw, vatten we onze tocht aan naar Refuge Elena. De bedoeling is om vandaaruit één van de twee nabijgelegen bergpassen te beklimmen.
De verse sneeuw ligt als golven op de hellingen, een teken dat het flink wat gewaaid heeft. Met een uitgedunde groep klimmen we naar Grand Col Ferret, die op het eerste zicht wel een haalbare kaart lijkt. Met sneeuwschoenen een steile helling traverseren, is niet eenvoudig dus kiezen we voor een directissimo. Met de drie tanden schoppen we onze raketten horizontaal de sneeuw in. Dat bijt serieus in de kuiten en ik vraag me af of die mannen achter me nu toch ook een beetje aan het blazen zijn.

De zon zorgt ervoor dat de sneeuwcondities snel veranderen. Er zijn al recente sporen van natte lawines dus lijkt het niet wijselijk om verder te gaan naar de col. Als we terug afdalen doen we wat remoefeningen zonder de raketten. In de losse sneeuw een eenvoudige opgave maar op verijsde stukken heel wat moeilijker, zo zien we Arvid enkele tuimelingen maken en tientallen meters lager terechtkomen.

We lunchen in de winterruimte van de berghut, waar het nog kouder lijkt dan buiten. Bij de afdaling in de vallei zien we opnieuw lawinesporen, dus houden we de pas erin. Bij la Vachey babbelen we nog wat gezellig na bij een Italiaanse koffie en een appelcompote. We kijken terug op een geslaagde winterstage maar het is duidelijk dat lawinekunde geen simpele koek is. Op naar een vervolgstage?
Besluit
De clinics en stage vormen een goede introductie tot het winterbergwandelen en de gevaren die er komen bij kijken. Een meer gevorderde cursus is evenwel noodzakelijk, enerzijds omdat lawinekunde redelijk complex is, anderzijds omdat de intensiteit van de cursus iets te laag lag. De cursus had als doel van de deelnemers zelfstandige bergsporters te maken maar dit lijkt me iets té ambitieus. Je hebt verschillende jaren nodig om voldoende ervaring op te doen.
Meer beelden in dit fotoalbum.
–
PRAKTISCHE INFO
Rond oktober komt telkens de nieuwe winterbrochure van de KBF uit. Via hun website is het mogelijk om de stages op te volgen en online in te schrijven voor de cursus.
Er wordt niet elk jaar een cursus voor sneeuwschoeners georganiseerd. Er is blijkbaar iets te weinig interesse hiervoor. Als er voldoende spontane aanmeldingen zijn, dan kan de federatie toch beslissen om alsnog een cursus te organiseren. Geef een seintje aan alex.liebens@klimenbergsportfederatie.be.
Deze cursus werd via Namaste, een Vlaams berggidsenbureau, georganiseerd. Zij kunnen ook een cursus op maat organiseren (voor bijvoorbeeld een groepje van 6).
De prijzen anno 2008:
- Clinic ‘theorie sneeuw en lawine’: €5
- Clinic ‘praktijk lawinerescue’: €25 (inclusief materiaal)
- Stage ‘risicomanagement en veiligheid bij winterbergtochten: €300 (exclusief overnachting (€16 pp. per nacht in gîte d‘étape, self-catering), transport (trein of auto), lokaal transport (lokale trein wel gratis voor logeerders, vraag kaartje aan uitbater) en andere gewone onkosten)
Om de stages en clinics te kunnen volgen, dien je lid te zijn van de KBF. In het lidmaatschap zitten wel heel wat voordelen o.a. korting in bepaalde bergsportzaken/boekhandels, gedegen bergsportverzekering, …
In 2007, hadden we, voor onze eerste wintertrekking naar de Zwitserse Gruyère , Hubert Beckers gecontacteerd, een ervaren stageleider. Die was bereid om ons op een winterse zondagnamiddag in het zand van de Limburgse Kempen uit te leggen hoe je met de lawinebieps een slachtoffer kan zoeken. Hiervoor betaalden we in totaal €35, onafhankelijk van een aantal deelnemers. Misschien een goed alternatief voor deze die geen week willen of kunnen vrijmaken.