5-daagse bivaktocht van Vassieux-en-Vercors naar La Chapelle-en-Vercors
De Vercors staat vooral bekend als sneeuwschoenbestemming maar ook in de zomer heeft het gebied veel te bieden. Het kalksteenplateau is sinds 1985 beschermd als natuurreservaat en maakt deel uit van het grotere Parc Naturel Régional du Vercors.
Een tocht over en langs het plateau is opvallend gevarieerd. Vale gieren die langsvliegen terwijl je op de rand van de Hauts Plateaux uitkijkt over de omgeving. Alleen daarvoor moet je gewoon eens afzakken naar dit stukje middelgebergte.
Plan Montagnard
Afstand: 19km
Hoogtemeters: 783m stijgen, 443m dalen
Vassieux-en-Vercors, een rustig dorpje temidden velden en akkers op het hoogplateau van de Vercors. Les années noirs staan nog steeds in het geheugen van de inwoners gegrift. Aan het nobele ‘Plan Montagnard’ van de maquisards werd abrupt een einde gemaakt op 23 juli 1944. Niet enkel verzetstrijders werden een kopje kleiner gemaakt, maar ook de steun van de plaatselijke bevolking werd letterlijk de kiem ingesmoord. Duitsers maakten het dorp gelijk met de grond.

Via een smal stijgend pad bereiken we Col de la Chau waar een Musée du Résistance aan deze zwarte tijd is gewijd. Een appollovlinder spreidt zijn vleugels in het gras.
We trekken verder zuidwaarts tussen de naaldbomen van het Forêt Communale. Een wespennest ligt op het pad, herkenbaar aan zijn papiervormige structuur (herkauwd hout). De eitjes bewegen nog.

In plaats van de brede Grande Traversée du Vercors, kiezen we voor de GR93 die ons over de kale Crête des Gagères leidt. Wat verder maakt het gras plaats voor rijzige beukenbomen. Nabij Pas Bouillanain strijken we neer voor de lunch. Vanop de westrand van het Vercorsplateau kijken we de diepte in. Enkel het dal is in cultuur gebracht, de steile bergflanken zijn nog dichtbebost.

We dalen af en tanken water aan de Fontaine du Plainet. Daarna gaat het terug omhoog naar de zuidrand van de hoogvlakte. Vanop de But de l’Aiglette zien we een groep vale gieren de termiek opzoeken. De rotsen worden door de zon opgewarmd waardoor er warme lucht langs de bergwand opstijgt in de vorm van ‘bellen’.
De vale gier spoort al vliegend karkassen van dieren op en heeft dan ook een uitstekend gezichtsvermogen. Een gier die opeens van richting verandert of neerstrijkt, wordt van grote afstand opgemerkt. In korte tijd zijn alle gieren ter plaatse. Hij is vooral geïnteresseerd in de zachtere delen zoals spieren en ingewanden. Door zijn lange veerloze nek kan hij diep in het kadaver steken.

Doordat in zuidelijk Europa sinds januari 2007 landbouwers ingevolge EU-richtlijnen geen karkassen meer mogen laten liggen op hun land, heeft de gier meer moeite om voedsel te vinden. Soms trekken de gieren naar andere gebieden op zoek naar voedsel, dit is de reden dat de vogel tot in België en Nederland voorkomt als dwaalgast.
Bij de Rochers de Chironne volgen we de bergkam terug noordwaarts, richting de gelijknamige col. Voorbij de bergeries, wat hogerop in de wei, vinden we een bivakplaats met zicht op de But de Nève.

Na het eten worden we verrast door een kudde schapen. De herder drijft ze tussen de tenten. Een patou, Pyreneeëse herdershond, blaft ons toe. We wagen ons niet dichterbij. Hij beschermt de kudde. Als pup groeide hij op tussen de schapen en beschouwt hen dan ook al zijn familie.

Als we water halen bij de herdershut, maken we een praatje met de herdersvrouw. Ongeveer de helft van het jaar zijn ze met het hoeden van schapen bezig, 1.300 zijn er nu al op het plateau en het aantal wordt verhoogd tot misschien 2.000. De andere helft van het jaar werkt de herder in de wijnvelden van Die.
Langs de bronnen van de Vercors
Afstand: 16,5km
Hoogtemeters: 853m stijgen, 354m dalen
De ochtendzon wekt ons. We trekken verder via de GR93 richting Col de Rousset, onderlangs het plateau. Een stenig plateau leidt ons langs een kalkwand naar de autoweg die zich in brede haarspeldbochten naar boven wringt.

Tot en met de eerste helft van de 19de eeuw was het plateau enkel te voet bereikbaar. De ontoegankelijke hoogvlakte kreeg dan ook de bijnaam ‘Forteresse’. Toen vanaf 1850 het toerisme op gang kwam, werden wegen aangelegd in de gorges waar rivieren zich diep het kalksteen in hebben geslepen.
We laten het skioord links liggen en traverseren de helling. Het gaat steil omhoog over grassige pistes naar een oriëntatietafel. De contouren van de Grand Veymont zijn duidelijk zichtbaar. Een vale gier komt plots vanuit de diepte. Zijn witgrijze kraag kunnen we bijna aanraken. Een kippenvelmoment.

We wandelen verder langs de GR93 via de But Sapiau naar de Pas de l’Echelette. De zwarte vanille-orchis nodigt uit om eens te ruiken. We laten de skiliften achter en stappen over het golvende plateau richting Cabane de Pré Peyret. Bergdennen staan verspreid in het grasland.

In de onbemande hut ligt er op de middag nog iemand te slapen. We vullen ons water bij de bron. Het debiet is magertjes en het is nog maar het begin van de zomer. Op dit kalksteenplateau moet het geregeld eens regenen want het water sijpelt gemakkelijk tot diep in de ondergrond.
We zetten koers via de Plain de la Queyrie naar de Pas de Bachasson aan de oostzijde van het plateau. Een groene golvende vallei met in het midden een eenzame den. Edelweiss groeit langs het pad.

Een oude Romeinse groeve ligt tegen de flank aan. Een halve kalkstenen zuil verwijst naar zijn verleden. De stenen en zuilen die hier met veel moeite werden uitgehouwen, moesten 18 km ver en 1200 meter steil bergaf worden getransporteerd om ze op de bouwplaats in de stad Die, het vroegere Dea Augusta, te krijgen.

De steengroeve ligt aan een oude voetweg die de kortste verbinding vormt tussen Grenoble en Die, en die in de loop der tijden frequent gebruikt werd door handelaars. Deze weg wordt ook wel de Route du Vin, de wijnroute, genoemd. Ook de naam van de nabijgelegen Pas de la Selle (zoutpas) verwijst nog naar die handelsroute, terwijl de Pas des Bachassons (pas van de waterbakken) naar de enige bron in deze omgeving leidt.

Onze watervoorraad wordt opnieuw aangevuld aan de Fontaine des Bachasson want er is geen bron bij Cabane des Aiguillettes. We zetten de bivak op nabij de schuilhut aan de voet van de Grand Veymont.
Balcon est
Afstand: 11,5km
Hoogtemeters: 602m stijgen, 876m dalen
Behoedzaam klimmen we naar de hoogste top van het plateau. Het rotsige pad slingert omhoog. Steenbokken liggen te zonnen op de steile bergflank.

De Mont Aiguille komt tevoorschijn, een imposante ‘getuigenheuvel’ die door erosie is afgezonderd van de rest van de hoogvlakte. Op de Grand Veymont kijken we uit over een woelige wolkenzee en de Alpen aan de horizon.

Een dikke kalkstenen laag zoomt de oostzijde van het plateau af, als een halskraag. Het is grillig ingesneden en variërend getint in wit, grijs of oranje. Als we afdalen naar Pas de la Ville lossen de wolken stilaan op en zien we de steile, dichtbeboste flanken neerduiken naar een zacht glooiend landschap met weiden, akkers en stille dorpjes. Vanop de rand van dit uitgestrekte stenen altaar lijkt alles klein en onbeduidend.

Langs de ‘Balcon Est’ lopen we onderlangs de machtige rotsengordel van de Vercors. Door het veranderende zeeniveau werden de ene tijd meer schelpen afgezet en dus kalksteen gevormd, en de andere tijd werd vooral het zachtere mergel opgestapeld door erosiemateriaal van de bergen die de zee instroomt. De afwisselende lagen werden opgeheven en zorgen dat de rand van het plateau trapsgewijs is opgebouwd.

Het pad loopt boven de boomgrens door bebloemde weiden en puinhellingen. We klimmen terug omhoog naar Pas de Berrièves. De uitgestrekte hoogvlakte ligt opnieuw aan onze voeten. Ook hier een gedenkteken aan de gesneuvelde ‘camisards’.

We dalen af tussen lapiaz, een karstverschijnsel typisch voor dit poreuze landschap. Zodra de beschermende bodem verdwenen is, wordt het kalksteen aangetast door het zure regenwater (chemische verwering) en door vorst, waardoor kleine scheurtjes en openingen stilaan uitgroeien tot spleten en kloven. Het doet denken aan een gletsjer maar dan in steen, uiterst verraderlijk als er een dunne laag sneeuw op ligt.

We bivakkeren nabij de noordelijkste Fontaine du Play, aan de rand van een open gebied. Na nog wat spelen met kaart en kompas, komen we tot rust. We laten de stilte over ons heen spoelen en genieten van een kleurrijke zonsondergang.
Gras, dennen en karst
Afstand: 18km
Hoogtemeters: 230m stijgen, 535m dalen
Vandaag blijven we op het plateau. Op de kaart lijkt het een erg monotoon landschap maar wat me op voorhand een saaie etappe leek, blijkt uiteindelijk gevarieerder dan verwacht.

We maken enkele zijsprongetjes zoals naar de verlaten herdershut van Tiolache du Milieu die in onbruik is geraakt met de teloorgang van het ‘pastoralisme’. Net als in andere gebieden in Frankrijk zijn veel van deze ‘estives’, zomerweiden voor schapen of koeien, verlaten.

In de ondiepe Canyon des Erges groeien planten die het liever wat vochtiger houden. Het is er voelbaar frisser. Bij de Bergerie de Darbounouse komen we het dichte dennenbos terug uit en kijken we over een weidse groene vlakte.

Noordwaarts gaat het naar de Fontaine de Coinchette. Het duurt eventjes voor we de bron terugvinden ‘in the middle of nowhere’. Als we het luik openen temidden de lapiaz zien we dat het water verrassend hoog staat. Wat zuiveren lijkt me nodig om dit water drinkbaar te maken.

Vandaag slapen we in de Auberge de Roybon waar we ons meteen nestelen op het zonnige terras. Wat later is het alle hens aan dek als een jacuzzi moet worden geïnstalleerd. Na het harde labeur worden we helaas niet getrakteerd op een deugdoend bad. Dan maar een douche om het hardnekkige zweetlaagje af te spoelen. Na een copieus avondmaal en wat génépi kruipen we ons nest in.
Terug naar de beschaving
Afstand: 9km
Hoogtemeters: 212m stijgen, 612m dalen
Door het bos dalen we af naar Tourtre. In dit landbouwgebied voelen we dat de beschaving terug heel dichtbij is. De route van de Grande Traversée du Vercors leidt ons terug naar la Chapelle-en-Vercors.

Conclusie
Een prachtige tocht die goed doenbaar is voor beginnende hikers. Een stuk gevarieerder dan verwacht met prachtige uitzichten aan de rand van het plateau. Veel kans om vale gieren en steenbokken te zien, en allerlei wilde bloemen en planten. Een aanrader.
Meer beelden in dit fotoalbum.
–
PRAKTISCHE INFO
BEREIKBAARHEID
We reden met de auto via Grenoble naar la Chapelle-en-Vercors. Omdat we met een grotere groep waren, lieten we één auto staan in Vassieux-en-Vercors en haalden die dan op aan het eind van de tocht.
Openbaar vervoer op het plateau zelf is er quasi niet. Wie met een openbaar vervoer reist, kan wel gebruik maken van beltaxi’s (mits het voorleggen van je vervoersbewijs). Om in Vassieux-en-Vercors te geraken of vanuit la Chapelle-en-Vercors terug te gaan, kan je volgende reisroute nemen:
- TGV van Brussel naar Lyon (3 maanden op voorhand boeken via voyages-sncf.com voor de laagste prijzen)
- RER naar Grenoble
- Bus naar Villard de Lens: www.transisere.fr/ftp/FR_Lignes/5100-5110.pdf
- Taxi naar Vassieux of La Chapelle: Numéro taxi ‘Transdrôme’: 0033 (0)4 75 48 22 54
KLIMAAT & BRONNEN
De Vercors biedt zowel in de winter (op sneeuwschoenen) als in de zomer mogelijkheden voor een trektocht. Het kan best warm worden tijdens juli en augustus. Begin juli was het nog erg rustig omdat de schoolvakantie voor het grootste deel van Frankrijk nog niet begonnen was.
Juni en begin juli lijkt me de beste periode om er rond te trekken omdat het debiet van de bronnen in de loop van de zomer steeds kleiner wordt, tenzij het serieus gaat regenen natuurlijk. Je kan de stand van het debiet per bron volgen op de website van het regionale park. Enkele bronnen zijn debietzeker. Bronnen die niet in deze lijst voorkomen maar je bijvoorbeeld op de kaart nog terugvindt, staan vaak al droog. Je bekijkt de stand van zaken best net voor je vertrekt nog eens zodat je eventueel je route kan aanpassen. Veel bronnen zijn er namelijk niet.
Het plateau ondervindt diverse weersinvloeden. Het weer kan dus erg variabel zijn. Volg de voorspellingen op http://france.meteofrance.com/. Bij onweer vermijdt je best de hogere delen en de rand van het plateau.
KAARTEN
We maakten gebruik van de Franse IGN-kaarten (1:25.000):
- 3136 ET: Combe Laval
- 3236 OT: Villard-de-Lans
BEWEGWIJZERING EN AARD VAN PADEN
Deze route is een aaneenschakelijk van bestaande routes en onbewegwijzerde paden. Er lopen diverse GR- of regionale paden door het gebied, deze zijn ook op de kaart aangeduid. Meer informatie op http://parc-du-vercors.fr/fr_FR/vivre-et-sejourner-2122/activites-nature-1115/les-itineraires-de-randonnee-1402.html (onder GTV en GR).
De routes zijn relatief goed bewegwijzerd. Als je afwijkt van de bewegwijzerde paden zal je merken dat het op het plateau niet eenvoudig is om je te oriënteren. Het is dan nodig om zowel met kaart als kompas te kunnen omgaan. Zeker in de winter wordt het nog moeilijker omdat je dan niet meer over een uitgetreden spoor kan lopen. Een GPS is aan te raden want bij mist heb je heel weinig herkenningspunten.
De paden zijn eenvoudig. Enkel bij de beklimming van de Grand Veymont is het iets technischer wandelen, waardoor de route in de winter toch een stuk moeilijker wordt, zeker vanaf de zuidzijde die erg steil is en me enkel met stijgijzers doenbaar lijkt.
OVERNACHTING
Op het plateau vind je enkel onbemande hutten. Ze zijn redelijk klein en naar verluidt hebben sommige ook last van muizen. Meer informatie over de hutten vind je hier: http://www.refuges.info/nav/massif/4/vercors/ (zoom in op het overzichtskaartje en klik op de hut).
Wildkamperen is toegelaten voor één nacht. Wij bivakkeerden voornamelijk maar de laatste nacht sliepen we in Auberge de Roybon: http://www.aubergederoybon.fr/. Lekker eten. Enige nadeel hier is dat de dortoir in een zolderverdieping ligt die niet afgesloten is van de eetzaal. Als je vroeg in bed kruipt, zal je dus nog even mogen luisteren naar het gekeuvel beneden. Het is dus aan te raden in de kamers te overnachten.
Wie in bemande hutten of hotels wil overnachten, zal het moeilijker vinden om een meerdaagse route uit te stippelen. Daguitstappen maken lijkt me het eenvoudigste. Aan de oostzijde van het massief kan je afdalen naar de dorpen aan de voet van het plateau vb. Gresse-en-Vercors. In de dorpen op het plateau (Vassieux en La Chapelle) vind je ook accommodatie.
BEVOORRADING
Langs de beschreven route is geen bevoorrading mogelijk. Opnieuw geldt hetzelfde als bij de overnachtingen. In de vermelde dorpen vind je winkeltjes.
LINKS
De website van het Parc Régional: http://parc-du-vercors.fr/fr_FR/index.php
Een ander tochtvoorstel vind je hier: http://users.skynet.be/debbekes/Rando_Vercors_DS.pdf. Deze heb ik gemaakt in kader van mijn opleiding tot Accompagnateur en Montagne en is dus in het Frans. Er staat wel alles in dat je nodig hebt van informatie.
Een filmpje van een wintertocht van Steve en Katrijn op het plateau vind je hier: http://patagoniandreams.com/2012/01/07/undulating-snow-on-the-vercors-plateau-french-alps/.
Voor andere winterervaringen ga je best te rade bij Willem Vandoorne of Joery Truyen.
BOEKEN
Enkele publicaties van het regionale park (uitgeverij Glénat):
- À la découverte du Vercors, Parc naturel régional: algemene gids met tal van weetjes, interessant als je het park beter wilt leren kennen.
- Guide de la faune du Parc du Vercors: allerlei dieren worden hier uitgebreid beschreven en 13 tochtvoorstellen.
- Guide de la flore du Parc du Vercors: allerlei planten die te zien zijn, de beschrijving is wat minder, 10 tochtvoorstellen.
Beste Debbie,
Mijn vriendin en ik gaan volgende week ongeveer dezelfde tocht (in de Vercors) ondernemen die jij op deze site hebt gepost. Wij hebben een outdoor gps aangeschaft en daar wouden wij de coördinaten ingeven van de bronnen. Op volgende website staan de coordinaten http://www.parc-du-vercors.fr/uploaded/files/Telechargements_site_PNRV/Actualites/Info_sources/info_sources.pdf
Het enige probleem is dat dit in X,Y coördinaten is opgesteld en ons toestel werkt met Noord, Oost coördinaten vraagt. Kan dit omgevormd worden?