Lente in de Franse Ardennen

Via godverlaten asfaltwegen banen we ons een weg door de dichtbeboste Franse Ardennen. Monthermé lijkt wel een oase in dit uitgestrekt niemandsland. De laatste keer toen we dit dorp aandeden, heerste de herfst met mistig en nat weer. Nu is het lente, schijnt de zon volop en baden de frisgroene bladeren in het licht. Wat een verschil. We popelen om de bergschoenen aan te trekken.

Dag 1: Monthermé > Nogiva
Afstand: 19km, stijgen: 739m, dalen: 651m

Onze Duitse herder heeft weinig oog voor de omgeving, in ware sleehondenstijl trekt hij ons uit het dorp. Er komt dan ook weinig schuldgevoel bij kijken als we zijn rugzakje aanklikken. Als hij dan toch zoveel energie heeft, mag hij zijn hondenbrokken dragen. Hij merkt het nauwelijks en botst overal tegenaan.

Monthermé

De Point de Vue bovenop La Longue Roche is ons eerste doel van de dag. Op de heuvelkam kijken we uit op een postkaart. Diep beneden ons staat de kerk van Monthermé trots uit te kijken boven de huizen die genesteld zijn op de lange oever van de meanderende Maas.

Monthermé aan de Maas.

We trekken nog even over de rug verder om dan de Maas achter ons te laten. Witrode tekens leiden ons via een gezellig bospad naar Roc la Tour. Vanop de indrukwekkende rotsformatie kijken we uit over enkel maar bossen. In de Ardennen zijn sagen en legenden nooit veraf, en ook aan deze plaats is een verhaal verbonden.

Een legende vertelt dat een ongelukkige landsheer uit de buurt zijn ziel aan Satan verkocht opdat hij in één nacht een kasteel zou bouwen dat zijn geliefde waardig was. Het lukte de Duivel bijna maar op het moment dat alleen de laatste steen nog moest worden gelegd, kraaide de dorpshaan. Woedend om zijn mislukking stampt de duivel met één krachtige bokkenpoot het hele kasteel aan stukken  (bron: www.trekkings.be).

Roc la Tour

Onze harige viervoeter heeft intussen door dat we niet voor een zondagswandelingetje vertrokken zijn en dat hij maar beter zijn krachten wat spaart. Terwijl we onze boterhammetjes opeten, ligt hij van het zonnetje te genieten.

We hebben meteen het meest toeristische stukje van vandaag gehad en komen nauwelijks nog volk tegen. De Semoy-vallei is vanaf nu onze leidraad, en zo trekken we op naar de Belgisch-Franse grens. Bij de voetgangersbrug van Naux mogen we de rivier van nabij bewonderen. Het is de enige brug in de vallei die niet is opgeblazen tijdens WOII, in een poging de Duitse opmars te saboteren. De waterranonkels woekeren in de rivier, witgele bloemetjes deinen mee met het ritme van de stroming. Wollie geniet van de welkome verkoeling en zijn energiepeil bereikt terug een hoogtepunt.

Voetgangersbrug van Naux

De nodige hoogtemeters kunnen uiteraard niet in het programma ontbreken. De stafkaart blijkt nog het oude GR-tracé te tonen en het is dan ook even zoeken om terug op het juiste parcours terecht te komen. Een pijnlijke oefening voor de kuiten om een steile bosflank omhoog te klauteren. Eigenlijk moesten we nog even de rivier gevolgd zijn.

La Dauphiné ruines

Bovenop de heuvel ligt bij Champ Bernard een aantrekkelijke bivakplekje maar er is geen water en het is nog net te vroeg om al neer te strijken. Via een mooi beekdalletje dalen we terug naar Hautes-Rivières, een typisch grensdorpje waar vooral arbeidswoningen staan en weinig te beleven valt. Enkele kilometers verder geven de benen aan dat het stilaan genoeg geweest is. Tussen de bomen wordt het zeil opgehangen en de bivakzakken uitgespreid.

Onze wildbivakplaats

Dag 2: Nogiva > Point de vue de Liry
Afstand: 24km, stijgen: 810m, dalen: 721m

Vandaag steken we de grens over. Via vergeten boswegen en paden lopen we naar Bohan-sur-Semois, waar het opeens gonst van de toeristen. Voordeel is dat we hier wat kunnen bevoorraden en daar maken we dankbaar gebruik van. Enkele appelflappen worden behoedzaam in de rugzak opgeborgen.

De Semoisvallei nabij Bohan-sur-Semois

We hebben het verste punt van onze tocht bereikt, steken de Semois over, en keren op de andere oever terug. Bij Roche-la-Dame kijken we uit over het toeristische dorp. De drukte is snel weg als we terug naar de Franse grens lopen. Via het Bois Jean bereiken we de ruïne van Baraque Gérard in een lieflijk groen valleitje.

Bohan-sur-Semois

La vallée des fraudeurs heeft zijn naam niet gestolen. Vroeger werd hier tabak, lucifers, alcohol, parfum, kleding en koffie over de grens gesmokkeld. In de vallei van de Ruisseau Bois Jean waren 4 à 6 ‘baraques’ actief als café-commerce. Enkel Baraque Laurent heeft de tand des tijds doorstaan (bron: www.trekkings.be).

Al is het hier rustig, de omgeving is nog altijd indrukwekkend. Op een vertrekplaats voor parapentes hebben we een mooi zicht op een meanderende Semoy, groene weides en bosrijke heuvels.

Uitzicht vanop la Bernissart

Maar het hoogtepunt is zondermeer de Point de vue de Liry. Werkelijk één van de mooiste zichten van de ganse Ardennen, en des te magischer omdat het zo onbekend is. Water hebben we getapt aan de Fontaine de Ruhe in het kleine gehuchtje van Haulmé dus kunnen we hier wat verder in het bos bivakkeren. De zon zakt achter de heuvels en de rust daalt neer. Een topbivak.

Uitzicht vanop Point de Vue de Liry

Dag 3: Points de vue de Liry > Monthermé
Afstand: 10km, stijgen: 208m, dalen: 385m

Eenvoudig is het niet om de juiste koers te houden in dit bos waar talloze paden en boswegen alle richtingen uitgaan. Maar met de kaart en een dosis intuïtie blijven we op koers naar de Rochers des Quatre Fils d’Aymon, genoemd naar de legende van de vier Heemskinderen die helaas vrij triest eindigt met de verdrinking van het Ros Beiaard.

Wandelen tussen de bremstruiken.

Een rotsig pad kronkelt de heuvelrug af, het doet wat aan de bergen denken. Lagerop de helling staan de Heemskinderen via een groot zandstenen beeld uitgebeeld. Met kop en schouders steekt de Ros Beiaard erbovenuit.

Een smal pad vertrekt aan het uitzichtspunt naar beneden. Het moet gezegd zijn, dit GR-parcours is een pareltje, er is nauwelijks asfalt te bekennen. Al snel staan we beneden in Bogny-sur-Meuse. Met een baguette in de rugzak uit de bakkerij gaat het terug de hoogte in. De witrode tekens zijn hier verlegd door steenslaggevaar en dus moeten we deze keer wel een gewone weg volgen. Maar de steile Rue de l’Echelle met natuurstenen arbeiderswoningen mag er zijn.

Het grote natuurstenen beeld van de Ros Beiaard en de vier heemskinderen.

Na een stevig klimmetje kunnen we terug de doorsteek maken naar de bergkam. Door het bos gaat het verder omhoog naar de laatste point de vue. Ondanks het trapje stelt het echter niet veel meer voor, daarvoor zijn de bomen rondom te hoog. Een mooi bospad leidt ons terug naar Monthermé. Moe maar voldaan strijken we neer langs de Maas voor onze picknick.

Terug naar Monthermé

Conclusie

Als de Semois zijn naam ziet veranderen in Semoy eenmaal de Belgisch-Franse grens voorbij, wordt het opeens veel rustiger. Slechts een handvol toeristen blijft over terwijl de Belgische terrasjes in Bohan of Vresse helemaal vol zitten. En toch bieden de Franse Ardennen minstens even mooie uitzichten over de meanderende rivier, uitgestrekte bossen en steile flanken. Deze tocht is voor sportieve wandelaars die houden van de nodige hoogtemeters. Wie maar 2 dagen ter beschikking heeft, kan de route inkorten door in Les Hautes Rivières al om te keren en te bivakkeren op de heuveltop ten zuidwesten van het dorp (dan moet je wel water meenemen vanaf het dal, op het kerkhof is een kraantje).

Meer foto’s in dit fotoalbum.


PRAKTISCHE INFO

MOEILIJKHEIDSGRAAD VAN DE TOCHT

schoenDit is een tocht van niveau 1 en ideaal om ervaring op te doen. Er zitten al eens smallere, steile en rotsigere paden tussen, maar de tocht is haalbaar voor beginnende wandelaars die al 1 of meerdere bivaktochten in de Ardennen achter de rug hebben. Meer info over de classificatie van mijn tochten vind je in dit bericht. Belangrijk is wel om over een goede fysieke conditie te beschikken en wat kaartleescapaciteiten te hebben, zeker als je ons parcours volledig wilt lopen.

SEIZOEN

We stapten deze tocht tijdens het Pinksterweekend van 2015 (23-25 mei). Je kan de tocht het ganse jaar door wandelen maar er is wel kans op sneeuw in de wintermaanden. In de herfst moet je rekening houden met de jacht. Die wordt in Frankrijk niet vooraf aangekondigd. Ik was er al eens in de jachtperiode en toen hebben we ons ter plaatse geïnformeerd in een café in Monthermé (waar de jagers toen nog een koffie zaten te drinken), en de route omgekeerd om ze te vermijden.

GELOPEN ROUTE & BEWEGWIJZERING

De route gaat deels over gemarkeerde routes en niet bewegwijzerde paden.

Een overzicht van de aanwezige markering op de gelopen route:

  • Monthermé > Les Hautes Rivières: witrode markering (GR12C & GR16), 2 belangrijke wijzigingen op het terrein t.o.v. de stafkaart: (1) na Roche aux Corpias loopt de GR lager dan op de kaart staat aangeduid (langs de sources captées), (2) voorbij Naux volgt de GR even de Semoy alvorens omhoog te klimmen net voorbij het beekdal aan de linkerkant (waar het oude GR-tracé liep).
  • Les Hautes Rivières >Bohan: we liepen over niet gemarkeerde paden
  • Bohan > Robertsart: we stapten de route op kaart maar volgden grotendeels de GR-markering (GR16)
  • Robersart > Roche Bayard: we liepen over niet gemarkeerde paden (route vanaf Haulmé rechtstreeks naar Point de Vue du Liry is wel gemarkeerd en start rechts van de Fontaine de Ruhe, dit pad is niet op de kaart aangeduid maar bestaat dus wel)
  • Roche Bayard > Monthermé: witrode markeringen
De witrode tekens van de GR16.

Een kaart met onze route zie je hier:

BEREIKBAARHEID
Monthermé is het gemakkelijkst bereikbaar met de auto. Met het openbaar vervoer is de meest interessante optie de trein te nemen naar Dinant, de aansluitende bus 154a nemen naar Givet en vandaaruit sporen naar Bogny-sur-Meuse waar je met de bus Monthermé kan bereiken. Het station van Bogny ligt ook op wandelafstand van de route, best steek je dan meteen door naar Haulmé (dat is het interessantste wandeltraject). In dat geval zal je de etappes wellicht wat anders moeten indelen.

KAARTEN

We maakten gebruik van 3 stafkaarten:

  • Franse stafkaarten van IGN (1:25.000): 3008 O ‘Fumay’ en 3009 O ‘Charleville-Mézières’
  • Belgische stafkaart van het NGI (1:20.000): 63 7-8 ‘Vresse-sur-Semois’

OVERNACHTING
Wildbivakkeren is toegelaten in de Frankrijk, in principe op één uur verwijderd van de weg. Bij ons was dit niet het geval maar in principe is de kans klein dat je problemen krijgt. Geen vuur maken en je kampplaats proper houden lijken me de twee belangrijkste tips. In Les Hautes Rivières is geen camping (dag 1), wel in Haulmé (dag 2).

Voor wie binnen wilt slapen, de accommodatie is niet dik gezaaid. In Les Hautes Rivières is een chambre d’hôtes. Bij Haulmé zal je moeten uitwijken richting Tournavaux voor een chambre d’hôtes.

BEVOORRADING
Er is een winkel en een café in Les Hautes Rivières en Bohan-sur-Semois.

Fontaine de Ruhe in Haulmé (zuivering wel nog nodig)

5 reacties

  1. In het kader van de opleiding bij BPA gaan we die streek ook eens bezoeken in mei.
    Na het lezen van uw verslagje kijk ik er nu nog meer naar uit.
    Tot binnen enkele dagen.

  2. Na het lezen van jou ervaringen , ben ik met een vriend afgelopen weekend gaan wandelen in deze streek.
    Onder een zeiltje niet ver van Roc la tours geslapen , hoofdzakelijk de GR route gevolgd.
    Voor onervaren wandelaars toch aardig wat km’s gemaakt. En heerlijk genoten van de natuur.
    En veel geleerd hoe we de volgende keer dingen anders gaan doen. September een volgende tocht maken.
    Bedankt Debbie voor deze intersante en aanstekelijke site!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s