De Amblève van bron tot monding

De Amblève ontspringt diep in de Oostkantons, op 640 meter boven de zeespiegel en de hoogst gelegen regio van België. De monding van de rivier nabij Comblain-au-Pont ligt daarentegen op slechts 120 meter hoogte. Vanuit Büllingen gaan we op zoek naar de bron en volgen de rivier stroomafwaarts naar de monding in de Ourthe. Het gaat niet enkel maar bergaf maar behoorlijk op en neer, door erg variërende landschappen. 

Dag 1: Büllingen naar Montenau (17,6km)

Onze trein komt met ruime vertraging aan in Eupen maar de bus naar Büllingen is ook in retard. Gelukkig maar want Büllingen is slechts enkele keren per dag bereikbaar. We rijden dwars doorheen de Hoge Venen om na een klein uurtje in het stille dorpje uit te stappen, op 600m hoogte. De dag start grijs maar het is droog.

In quasi rechte lijn gaat het via rustige wegen tussen groene velden naar de bronnen van de Amblève, nabij Honsfeld. We duiken het bos om ze te ontdekken… en vinden een karkas van een hert. We kunnen enkel raden hoe die aan zijn eind gekomen is.

Terug uit het bos, proberen we zoveel mogelijk van het asfalt weg te blijven. Sommige paadjes blijken al verdwenen te zijn, maar we vinden overal onze weg. Het is aangenaam wandelen, zeker omdat de zon intussen doorgebroken is en de verschillende schakeringen van lentegroen mooi verlicht worden.

Na onze passage van het dorpje Amel, begint het wolkendek er dreigend grijs uit te zien. Gelukkig kunnen we in een grote halfopen kapel even schuilen. Het onweer blijft uit en na enkele druppels regen, wordt het snel terug droog.

Bij Elvingen stuur ik een sms’je naar de boer waarvan we een bivakterrein huren. De sympathieke man geeft ons een korte rondleiding. ’s Avonds steken we nog een bescheiden kampvuur aan en heeft Siegried nog een eenvoudig maar geanimeerd spelletje in petto.

Dag 2: Elvingen naar Stavelot (22,1km)

De zon is alweer van de partij en de ochtenddauw op de tenten droogt snel op. Na een heerlijk ontbijt op ‘ons terras’, kramen we alles op en trekken even langs een fietsweg langs de voormalige Vennbahn om daarna de Amblève op te zoeken. We lopen tussen de velden van een paardenfokker en hebben pas laat door dat dit allicht niet de bedoeling is: als we voor een gesloten hek staan.

We steken de rivier over via een leuk wandelbrugje en hoppen via een waterzuiveringsstation terug naar de andere oever. De route naar Ligneuville mag er zijn. In het dorp kunnen we de lokroep van een bakkerij met vers brood en gebak niet weerstaan.

We trekken verder naar de monding van de Warche in de Amblève, deze rivier komt van het veenplateau en heeft daar een diep V-dal ingesneden. Het gaat onder de autosnelweg door. Wat verder vinden we de Rocher de Warche, waar je bovenop een prachtig zicht hebt op de vallei.

Via een bloemrijke vallei bereiken we Challes, de gelijknamige camping ligt wat verder op. Een deel van de bivakweide is voor ons al afgespannen. Na een deugddoende douche trekken we naar de abdij voor een lokaal biertje. Eenmaal het avondeten achter de kiezen gaat er nog een groepje de Stockeu bij Stavelot beklimmen, bekend van de wielerklassieker Luik-Bastenaken-Luik.

Dag 3: Stavelot naar Chefna (29,4km)

De koninginne-etappe vandaag zal gezien de afstand en hoogteverschillen zeker gevoeld worden. We staan op tijd op en gaan vers brood halen in Stavelot. Daarna zoeken we terug de rivier op en volgen even de GR14. Daar waar die afbuigt richting Aisomont, gaan we rechtdoor. Hier wijkt de kaart wat af van het terrein maar door de juiste richting aan te houden, kom je vanzelf terug op een karrespoor in de richting van Tour Leroux.

Vanop de uitzichtstoren kijken uit over Trois-Ponts die 3 valleien met elkaar verbindt en hieraan zijn naam te danken heeft. Via een met brem overgroeid pad dalen we af naar de Salm, die we stroomafwaarts volgen tot de monding in de Amblève.

Onze directe route richting de GR571 blijkt niet de beste keuze. Het pad is verdwenen en we steken enkele weides door.  Ook het uitzicht op het stuwmeer blijft uit, ik raad dus aan iets lager de doorsteek te maken (zie kaartje en GPX-file onderaan dit verslag).

Na het bijtanken van wat water bij de bron bovenop de heuvel, steken we door richting Stoumont via wat eigenlijk een privéweg is, maar aantrekkelijker dan de GR. Op een weide strijken we neer voor de lunch. Het panorama op het kasteel van Froidcour in de machtige Amblève-vallei is zonder meer indrukwekkend. Het beste zicht van deze vierdaagse.

Na een korte siësta doet het wat pijn om terug op gang te komen. We dalen af naar de Amblève maar nemen daarna een eigen variante om naar het eerder genoemde kasteel te lopen. We lopen onderdoor het mooie spoorwegviaduct over de rivier. Ook daarna wijken we af van de GR omdat er een mooier alternatief is. In plaats van door te steken naar Stoumont blijven we een pad volgen dat op hoogte langs de beboste heuvelflank blijft. Wat verder dalen we terug af naar de Amblève om een tijdje naast de rivier te lopen. Enkelen kunnen de lokroep niet weerstaan om in dit warme weer een frisse duik te nemen.

Er staat ons een stevige klim te wachten naar Ville-au-Bois waar we de witrode tekens terugzien. De Chefna wordt onze leidraad en we strijken neer langs het riviertje om te bivakkeren.

Dag 4: Chefna naar Rivage (25,1km)

Onze laatste ochtend in de natuur, ontbijt en slapen in dit decors gaan we missen. Via een mooi pad met enkele brugjes dalen we verder af langs de Chefna naar de Amblève.

We steken de rivier over en vervolgen langs de oever. De grote kwartsietblokken in de Fonds de Quarreux zijn getuigen van landverschuivingen uit een ver verleden, maar in de Ardennen is een legende nooit ver weg…

De molenaar van de Fonds de Quarreux, Hubert Chefneux genaamd, zou een mooie windmolen beloofd zijn, als deze zijn ziel aan de duivel zou geven… Maar de echtgenote van de molenaar die bezorgd was om de ziel van haar man, verstopte zich in de molen met een medaille van Notre-Dame van Dieupart in haar handen. De molenwieken wilden opeens niet meer draaien. Gek van woede, maakte Satan toen de molen kapot.

Een stevige klim leidt ons omhoog. Tegen dat we Aywaille bereiken, zitten we in een vrij stevige regenbui. Die regenjas is dan toch van pas gekomen. Gelukkig kunnen we in het stadje wat schuilen, terwijl we alweer aan het snoepen zijn van taart.

Bij het uitkijkpunt van Croix de Septroux is het droog voor de lunch. Het landschap ziet er erg bucolisch uit als we over de heuveltop lopen naar Rivage. Een laatste steil paadje naar beneden, en we staan aan de monding van de Amblève in de Ourthe.  We zijn mooi op tijd voor de trein terug huiswaarts.

Conclusie

Ik was blij verrast door de erg gevarieerde landschappen langs de Amblève. De eerste dag is nog wat asfalt te verwerken, maar daarna gaat het overwegend over paden en onverharde wegen. Bovendien zijn er bijna dagelijks bevoorradingsmogelijkheden. Een aanrader!

Meer foto’s in dit fotoalbum.


PRAKTISCHE INFO

MOEILIJKHEIDSGRAAD VAN DE TOCHT

Dit is een tocht van niveau 2. De paden variëren van single tracks, over karresporen tot rustige asfaltwegen, al heb ik die maximaal proberen te vermijden. Wie onze route wilt volgen, kan best wat overweg met kaart en kompas, maak kan ook de beschikbare GPX als extra hulpmiddel gebruiken. Als je liever gemarkeerde routes volgt, dan is een combinatie van GR-routes ook mogelijk. Alle informatie vind je hieronder. Meer info over de classificatie van mijn tochten vind je in dit bericht.

SEIZOEN

We liepen de tocht in het Hemelvaartweekend van 10 tot en met 13 mei 2018. De route is het hele jaar toegankelijk maar in de winter kan er wel wat sneeuw liggen (tot 20-30cm op de hoogste punten). In de herfst moet je ook rekening houden met de jacht waarbij sommige bossen of paden voor 1 dag kunnen afgesloten worden. Het komt er op neer je goed te informeren vooraf.

GELOPEN ROUTE & BEWEGWIJZERING

De route is uitgestippeld op kaart en gelopen met de hulp van kaart & kompas. Bewegwijzering is er her en der, als we eens een stukje GR volgden, maar je houdt best in de gaten waar je bent. Een GPX-route kan je op de site van Alpenvereinaktiv downloaden.

Een overzicht van onze route:

Wie liever bewegwijzerde routes volgt, kan een aaneensluiting volgen van GR-routes, die wit-rood bewegwijzerd zijn:

  • De GR56 van Bullingen naar Challes (bij Stavelot)
  • De GR14 van Challes (bij Stavelot) naar Trois-Ponts
  • De GRP571 van Trois-Ponts naar Comblain-au-Pont (het station van Rivage ligt net over de brug)

GR Sentiers, die de routes beheert, heeft een handig kaartje gemaakt. Op de site kan je ook de GPX-en downloaden van de diverse routes. Als je deze upload in het gratis programma Basecamp, opdeelt in de stukken die je wilt volgen en deze fragmenten terug samenzet, kan je je eigen samengestelde GPX maken. Gratis kaarten van België bruikbaar in Basecamp (en vandaaruit de exporteren naar je GPS) vind je via deze site. Volg je de GR’s, dan vemoed ik dat je 4 à 5 dagen nodig zal hebben.

Je kan de route inkorten via het openbaar vervoer. Er zijn heel wat mogelijkheden met bus en trein. In Trois-Ponts en Aywaille kan je een trein nemen. In Stavelot is er een bus.

KAARTEN

Voor de route heb je 6 NGI-kaarten (1:20.000) nodig:

  • 50/7-8 Bütgenbach – Büllingen
  • 56/3-4 Sankt-Vith – Amel
  • 56/5-6 Stavelot
  • 49/7-8 Harzé -Stoumont
  • 49/3-4 Aywaille – Spa
  • 49/1-2 Anthisnes – Comblain-au-Pont

BEREIKBAARHEID

Het is aan te raden om met het openbaar vervoer te reizen gezien het start- en eindpunt ver uit elkaar liggen en enkel via een flinke reistijd makkelijk te verbinden zijn. Het station van Luik is het meest centraal gelegen wie toch een stuk met de auto wilt afleggen. We reisden met de trein naar Eupen waar we aan de voorkant van het stationsgebouw de bus 394 namen naar Büllingen (bushalte: Gendarmie). In Rivage namen we de trein terug naar huis (overstappen in Luik). Busuren kan je op deze site opvragen. Treinuren kan je op de site van de NMBS vinden. Gezien de bus naar Büllingen maar enkele keren per dag rijdt, zal je je daaraan moeten aanpassen (trein en bus in Eupen zijn wel op elkaar afgestemd). Een Railpass  of Go Pass (< 26 jaar) is het interessantst qua tarief voor lange treintrajecten.

ACCOMMODATIE

De eerste nacht huurden we een weide in Montenau (Elvingen). In Stavelot logeerden we op Camping de Challes in Stavelot, een mooie en rustige maar ietwat verouderde camping (reserveren kan enkel telefonisch, facebookgroep & e-mail worden niet opgevolgd). Op de derde nacht bivakkeerden we langs de Chefna, wie wat uitkijkt vindt zeker een bivakplaats. Blijf je liever op een camping dan kan je verder afdalen naar Camping le Moulin du Diable (helaas krijgt die geen al te beste reviews).

BEVOORRADING

In Büllingen, Stavelot, Trois-Ponts & Aywaille vind je supermarkten en bakkerijen. Onderweg  kom je ook al eens een bakkerij tegen vb. in Ligneuville. De bakkerijen die wij hebben bezocht, heb ik aangeduid op het overzichtskaartje.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s