Na 10 jaar met sneeuwschoenen op stap te gaan in het winterse hooggebergte, wilde ik samen met Ivo leren toerskiën. Omdat we nog geen ervaring hadden in deze discipline, leek een begeleide tocht de beste opstap en dus schreven we ons in voor een toerskistage in het Silvrettamassief. Een prachtig vergletsjerd gebied op de grens tussen Oostenrijk en Zwitserland dat we vorig jaar niet konden verkennen omdat Ivo’s grote tenen bevroren raakten in het Verwallgebergte, maar dat is een ander verhaal. Tweede poging dit jaar dus…
Toerskiën?
Voor wie het in Keulen hoort donderen, in de Alpen zijn toerski’s de populairste manier om in de bergen buiten de skigebieden op stap te gaan. Synthetische behaarde vellen onderaan de ski’s zorgen ervoor dat je niet naar beneden glijdt als je naar een col aan het klimmen bent. De hiel van je skibot zit los en via een glijbeweging schuif je omhoog (wat vergelijkbaar met het langlaufen in een loipe). Als het steil wordt, dan wordt er ‘gespitzkehrt’ (gezigzagd dus). Ofwel maak je je eigen spoor in de sneeuw, ofwel volg je dat van een andere skiër als je een beetje luier bent. Eenmaal boven haal je de vellen eraf, klik je je botten vast en ski je (al dan niet vlot) naar beneden. Daarbij hangt de beleving af van het type sneeuw dat je tegenkomt. Verse poeder is het meest geliefd, harde verijsde sneeuw een pak minder.
In de besneeuwde bergen kan je met toerski’s beter uit de voeten dan met sneeuwschoenen: steilere flanken zijn makkelijker te traverseren, je zakt minder diep weg en je bent een pak sneller beneden. De vier belangrijkste voorwaarden voor je je zelfstandig aan toerskiën kan wagen zijn:
- lawinegevaar kunnen inschatten & het lawineveiligheidsmateriaal kunnen hanteren
- kunnen oriënteren in een winters terrein
- beschikken over een heel goede fysieke (en mentale) conditie
- uitstekend kunnen offpiste skiën
Met onze jarenlange ervaring en training waren de eerste drie punten wel gecoverd, maar aan die laatste voorwaarde, daar was nog werk aan! Al beseften we ten volle dat we nog maar weinig ervaring hadden buiten de piste en dat ook onze techniek op de skipiste nog voor verbetering vatbaar was, onze filosofie klonk als volgt ‘je kan het enkel al doende leren’.
De val
Helaas bleek de leercurve toch iets te steil. Als we op dag 1 van onze toerskistage even de techniek gaan testen op een behoorlijk verspoord offpiste stuk, loopt het bij de tweede passage mis. Bij een bocht verlies ik de controle, kom met een hard klap neer en kan niet verhinderen dat mijn knie de verkeerde kant opdraait. Ik voel iets in mijn rechterknie knappen en een serieuze pijnscheut volgt.
De berggids neemt mijn rugzak over en op een slakkentempo dalen we over de piste af naar het dal. De knie zit dik en stappen gaat moeilijk, maar opgeven zie ik nog niet meteen zitten. Wie weet is ’t morgen beter… Na een lunchpauze gaan de vellen onder en klimmen we in een steeds feller wordende sneeuwstorm naar de Heidelberger Hütte. Omhooglopen met de ski’s gaat best goed en de berghut blijkt een topper te zijn (gezellige sfeer en bijzonder lekker eten).

De volgende dag biedt geen beterschap. Terwijl de groep samen met Ivo een serieuze skitoer gaat doen, ga ik de vallei in mijn eentje verder verkennen. Een ganse dag in de berghut mokken, is niet aan mij besteed. Stijgen gaat vlot, bij het afdalen hou ik de vellen aan maar is het heel behoedzaam afdalen. Ik kan geen extra druk op mijn knie zetten en ben er niet gerust op. Al is een terugkeer aangewezen, ik wil Ivo toch zo lang als mogelijk van zijn stage laten genieten. Ook bij hem verlopen de afdalingen niet zonder diverse valpartijen maar hij blijft gemotiveerd. Terwijl de groep op de derde dag naar de Jamtalhütte doorsteekt, kan ik met de pistebully mee naar Ischgl. Met de bus gaat het dan naar Galtür waar ik terug op toerski’s naar boven trek. De wind wakkert serieus aan en de laatste stijgingsmeters kruipen in de kleren. Als ik alleen in de hut toekom, zakt de moed me in de schoenen. Zo voelt het dus om het avontuur niet mee te kunnen beleven…

Het verdict
Er zit niets anders op dan de stage vroegtijdig af te breken en terug naar huis te rijden. Ik kan snel terecht bij orthopedisch specialist Dr. Wouter van den Broecke, vader van profskiër Dries en zelf een gepassioneerd skiër en fietser. Zijn verdict is duidelijk: de voorste kruisbanden zijn gescheurd. De MRI-scan bevestigt dat en geeft ook aan dat er nog diverse impactfracturen en behoorlijk wat botoedeem en vochtophoping is.
De operatie
Gezien ik in de toekomst nog intensief wil blijven sporten, is een operatie aangewezen. Gescheurde kruisbanden herstellen zich namelijk niet vanzelf en geven, samen met de andere ligamenten, de nodige stabiliteit aan de knie. Dat is bij contact- en erg belastende sporten onontbeerlijk. Tegenwoordig gebeurt zo’n operatie in dagopname, onder halve of volledige narcose. Tijd en plaats van het gebeuren is 1 april in het AZ Jan Palfijn in Gent waar ik aangenaam verrast wordt door het heel vriendelijke personeel. Top!
De operatie verloopt vlot en ’s avonds mag ik, als blijkt dat de bloeding gestopt is, met mijn twee krukken terug naar huis. Mijn actieradius strekt zich niet verder uit dan de zetel, de diepvries (voor de ijszakjes), de keuken en het toilet. Voor de rest is het platte rust. Al heb ik een bureaujob, mijn achterwerk is toch niet zo getraind als verwacht. En binge watching blijkt niet aan mij besteed.
Na enkele dagen begint mijn knie opeens tot twee keer toe hevig inwendig te bloeden, wat voor de nodige stress zorgt en in een nachtelijk bezoekje aan de spoed resulteert. Gelukkig blijft mijn specialist er rustig onder en helpt me uit de nood. Extra vragen worden vlot via zijn FB-pagina beantwoord. Van de service heb ik niet te klagen.
Kine
Om de knie in een zo goed mogelijke conditie op de operatietafel te krijgen, ging ik al 3 keer per week langs bij de kine, en dat tempo wordt na de operatie aangehouden. Stijn Verhaeghe van Fourward heeft veel ervaring met kruisbandblessures en blijkt de geknipte man om me met de voeten op de grond te houden. De revalidatie is een maandenlang proces. Eerst moet de knie terug op kracht komen, gezien de spieren door de immobiliteit aan volume en bijgevolg kracht hebben ingeboet (‘spieratrofie’). De beweeglijkheid van het gewricht moet terug verbeteren (strekken & buigen) en ook de zwelling moet verminderen. Rustig aan opbouwen dus, terwijl ik niet bepaald bekend sta voor mijn engelengeduld.
Ik ga versteld over de variatie in oefeningen die kinesisten uit hun mouw kunnen schudden. Ze allemaal onthouden en vooral goed blijven uitvoeren blijft een uitdaging. De kine-sessies vormen zowat mijn lichtpunt in de eerste revalidatiemaand. Bewegen en sporten is echt één van mijn basisbehoeftes en ik voel me minder goed in mijn vel als ik die uitlaatklep niet heb. Intussen wordt de intensiteit van de oefeningen week na week wat hoger, maar tussenin blijft het rusten heel belangrijk en leg ik ook nog geregeld ijs op de knie.
Aquatraining
Een zwembadfanaat zal ik nooit worden, maar nood breekt wet. Als deel van mijn revalidatie maar ook om terug wat te werken aan mijn uithouding, trek ik minstens 1 keer per week naar het zwembad. Inmiddels ben ik voor de eerste keer gaan aquajoggen onder begeleiding van één van de kine’s van Forza Gent. Kwestie van een beetje aan de conditie te werken zonder mijn knie te overbelasten. Het is toch nog wat oefenen om zo vlot vooruit te geraken als op het filmpke hieronder.
Terug op de fiets
Volgens de dokter en de kine is fietsen is een ideale sport om de zwelling in de knie te verminderen en de beweeglijkheid in het kniegewricht terug te winnen. En al ben ik een geboren stapper, ik hou ook heel erg van twee wielen. Het heeft wel een tijdje geduurd voor ik mijn knie voldoende kon buigen. Daarom ben ik na 2 weken na de operatie gestart op de hometrainer waarbij ik het zadel wat hoger kon plaatsen. Pas na 4,5 weken heb ik me terug op een stadsfiets in het drukke verkeer van Gent gewaagd. En sinds afgelopen donderdagavond kan ik terug buiten op de koersfiets rijden, weliswaar op een klein verzet en een laag tempo. Zaaaalig!
Voeding
De kilo’s komen er vlot aan als ik niet let op wat ik eet. Als het sporten plots wegvalt, dan is het risico op aankomen best groot. Van zodra ik terug was in België heb ik mijn voedingsgewoonten aangepast. Ik had me enkele jaren terug al eens door een sportdiëtiste laten adviseren over wat voor mij een haalbaar gewicht is en hoe ik op een evenwichtige manier dit gewicht kan nastreven. Wat ik eet, doe ik intussen heel bewust, maar de hoeveelheden aanpassen aan de behoeften blijft het grootste aandachtspunt. De ogen zijn vaak groter dan de maag.
Door mijn blessure is mijn energiebehoefte flink gedaald, en mijn lichaam paste zich vrij snel aan. Mentaal viel het dus een pak beter mee dan verwacht. Ik schroefde vooral de hoeveelheid koolhydraten terug maar ik eet ook wat minder eiwitten. Groenten en fruit blijf ik veel eten. Mijn lichaamsgewicht is intussen gedaald van 69 naar 67kg, al heb ik dat wellicht grotendeels te ‘danken’ aan de spieratrofie. Met het oog op het zomerverlof doe ik een poging om rustig richting 65kg te bewegen… We zien wel.
De zomerplannen
In juli zouden we twee weken met de tent langs de hoofdkam van de Pyreneeën trekken, maar dat plan is iets te ambitieus, ook al is het dan ruim 3 maand na mijn operatie. Dus gaan we eerst enkele dagen chillen in de vakantiehuisjes van mijn schoonfamilie in de Périgord. Daarna gaan we een week de tent opslaan op een Aire Naturelle de Camping in Héas nabij de Cirque de Troumouse. Vandaaruit zijn er mooie dagwandelingen mogelijk en kunnen er ook heel wat serieuze cols met de koersfiets beklommen worden: Tourmalet, Aubisque, Hautacam, Luz Ardiden… Wat ik zelf al ga aankunnen en waar ik nog zal voor moeten passen, dan is echt af te wachten. Maar dan kan ik zorgen voor de bevoorrading onderweg en de sportmassage na Ivo’s escapades. En op het eind pikken we ook nog de aankomst van de Tour de France op de Tourmalet mee. ’t Is eens iets anders.
In september gaan we voor een huttentocht richting de Adlerweg in Oostenrijk en begeleid ik samen met Sofie een unieke zeil- en wandelvakantie aan de Schotse westkust. Dus als alles goed gaat, staat er me toch nog wat moois te wachten.
En wat met het toerskiën?
De aanhouder wint…hopelijk. Volgende winter staan er maar liefst 2 skivakanties gepland, waarbij we privé-lessen gaan nemen om intensief aan onze skitechniek op en naast de piste te werken. En dan zouden we wel voor enkele dagen op eigen initiatief én ritme naar de Heidelberger Hütte trekken om er vanuit de hut enkele toerskitochten te ondernemen. Dromen kan geen kwaad! Al blijft het altijd afwachten hoe de revalidatie verder verloopt.
Adlerweg in Oostenrijk, klinkt heel vertrouwd in de oren, specifiek traject op het oog ?
Ik denk het stuk dat Jolanda Linschooten heeft beschreven in Op Pad.
Dag Debbie,
Ik wens je een snelle revalidatie toe!
Veel beterschap,
Loïc
>
Bedankt!
Als “oude krijger” zelf redelijk wat ondervinding met ongevallen en revalidatie. Ik wens je heel veel geduld en doorzetting! Een 2-tal jaar terug vakantieplannen moeten wijzigen en op krukken (en met de auto) in de Pyreneeën rondgetoerd. Om in termen van wielertoeristen te spreken: ’t is helemaal gene kattepis om daar te fietsen. Sterkte… de weg is lang en kronkelend maar het zal je lukken!
Bedankt, Herman!